R.P. SCHILDERMANS Theo


Né à  Overpelt (Limburg, diocèse Hasselt): 24/05/1933
Décédé à Kongolo (Katanga): 01/01/1962
Nationalité: belge
Profession à Cellule (Fr), 08/09/1953
Sous-diaconat à Leuven, 12/10/1958
Diaconat à Leuven, 19/10/1958
Sacerdoce à Leuven, 20/12/1958
Consécration à l'apostolat à Leuven, 19/07/1959
Voeux perpétuels à Leuven, 08/09/1958

Fils d'une famille de neuf enfants dont le père, mineur du fond, fut tué accidentellement au charbonnage de Zolder en 1954, le Père (Jean)-Théodore Schildermans n'avait que 28 ans. Il était le plus jeune missionnaire de Kongolo, débarqué il y avait six mois à peine.
Après ses études philosophiques et théologiques et une année de formation pastorale, il avait été désigné en 1960 pour la mission de Kongolo qu'il ne put rejoindre en raison des troubles que connaissait la région. En attendant de pouvoir exercer le ministère parmi les Congolais, il fut affecté à la propagande, remplaça, au collège spiritain de Lier, un professeur malade et fonctionna comme vicaire dominical à Koningshooikt, paroisse située sur la route d'Aarchot à Lier. Dès que se fit une éclaircie dans le ciel chargé du Nord-Katanga, il alla rejoindre le poste pour lequel il avait été désigné.
Ce départ se situe fin août 1961.
Le Père Theo sut merveilleusement s'adapter à cette situation fort précaire. Il s'occupa d'emblée de l'instruction religieuse dans les écoles, comprenant parfaitement la nouvelle mentalité "issue de l'indépendance". Il avait à peine commencé à s'initier à la vie missionnaire que les balles fauchaient cette existence pleine de promesse. Le Père Schildermans est donc le second membre de cette famille méritante qui connaît ainsi une mort tragique.
Ensemble avec le Père Godefroid, lui aussi ordonné à Leuven par Mgr Van Wayenbergh, il a consommé le suprême sacrifice.


Uit "De Postiljon", maart 1998
Theo Schildermans zag het levenslicht op 24 mei 1933 te Lindel-Hoeven, een kleine parochie behorend tot de gemeente Overpelt. Hij was de vierde telg uit een rij van 10 kinderen.
Vader Schildermans was een eenvoudige, hardwerkende en sociaal-geëngageerde man, die 's nachts zijn boterham verdiende als ondergronds mijnwerker en 's namiddags zijn groot gezin trachtte te onderhouden met het runnen van een klein boerderijtje. Hij was tevens één van de voortrekkers van de plaatselijke Christelijke organisaties, zoals A.C.V., K.W.B. en de Mijnwerkers-brancardiers. Moeder Schildermans was een diep godvruchtige vrouw, die haar handen meer dan vol had met de algemene verzorging van het grote huishouden.

Theo doorliep de plaatselijke lagere school en liet zich daar opmerken als een schrander jongetje.
Ook werd hij reeds vroeg opgenomen in de groep misdienaars. Hier blonk hij uit door zijn godsvrucht en nauwgezetheid. Zijn uitstekende prestaties op school bleven natuurlijk niet onopgemerkt. Vertegenwoordigers van verschillende kloosterorden boden zich regelmatig aan ten huize Schildermans om Theo te kunnen inlijven als leerling van hun middelbare school. Het was heel normaal dat Theo zijn middelbare studies aanvatte bij de Paters van de H. Geest aan het missiecollege te Lier. Hier waren immers reeds verschillende jonge mannen uit Noord-Limburg gevormd tot priester-missionaris, o.a. zijn neef Michel Vanduffel.

Na zijn middelbare studies vertrok Theo voor één jaar naar het noviciaat in Cellule (Frankrijk). Tijdens zijn scholasticaat in Leuven sloeg het noodlot hard toe in de familie Schildermans. Op 18 mei 1954 verongelukte vader in de mijn van Zolder. Moeder bleef met tien kinderen achter. Vader Schildermans heeft de priesterwijding van zijn zoon niet mogen meemaken, hij die er zo fier op ging dat zijn zoon voor priester studeerde. Op 20 december 1958 werd Theo tot priester gewijd in Leuven door Mgr Van Wayenbergh. De week daarna deed Theo zijn eerste mis in de parochiekerk, omringd door alle mijnwerkers van Lindel-Hoeven. Dit was zijn uitdrukkelijke wens.

Na zijn priesterwijding wilde hij onmiddellijk naar Kongo vertrekken.De omstandigheden aldaar (onlusten en onzekere toestand) verhinderden zijn vertrek. Intussen verving hij een zieke leraar in het missiecollege van Lier en in het weekend was hij onderpastoor te Koningshooikt.

Zodra de berichtgeving uit Katanga een beetje positiever klonk, was Theo niet meer te houden en wilde per se vertrekken, ondanks de waarschuwing van verschillende confraters om toch maar te blijven en af te wachten.

Op 23 augustus 1961 vloog Theo, samen met zijn streekgenoot Désiré Pellens, naar Kongolo. Sindsdien heeft men weinig van hem gehoord. In de paar brieven die zijn familie in België bereikten, trachtte hij zijn moeder gerust te stellen en de penibele toestand in Katanga te minimaliseren. Vier maanden heeft zijn missionariswerk mogen duren; vier maanden slechts heeft hij zich ten dienste kunnen stellen van de missie in Kongo. Op 28- jarige leeftijd werd een abrupt einde gesteld aan zijn jonge leven.

Het bloed van de martelaren van Kongolo is het zaad voor nieuwe roepingen: dit gezegde is zeker van toepassing op de kleine parochiegemeenschap van Lindel-Hoeven te Overpelt, waar sindsdien drie priesters en twee diakens werden gewijd.
Op 2 juli 1978 werd een monument opgericht ter nagedachtenis van de twee vermoorde Overpeltse missionarissen, in de straat genoemd naar Pater Theo Schildermans.

Page précédente